当前位置:首页 > 歌词大全 > De Ruiter歌词

De Ruiter

Ouwe war专辑

  • En waar leidde, zeide zij
    Een schoon dochterje van mij?
    En waar leidde, zeide zij
    Een schoon dochterje van mij?
    En waar zal jij zu haastiglijk henen?
    Waar ik er ja zo haastiglijk henen, henen zal?
    Waar ik er ja zo haastiglijk henen, henen zal?
    En dat zal ik mijn moeder wel gaan zeggen
    Ik draag er van de ruiter een klein kindje zwaar
    Ik draag er van de ruiter een klein kindje zwaar
    Nu hebben zij gezeid, dat ik moet sterven
    Nu hebben zij gezeid, dat ik moet sterven
    Een klein kindje dragen, dat doen der ja wel meer
    Een klein kindje dragen, dat doen der ja wel meer
    En dar hoet jij niet langer om de zuchten
    En dar hoet jij niet langer om de zuchten
    Ik wachte ja niet lang meer, of ik schreef er hem oen brief
    Ik wachte ja niet lang meer, of ik schreef er hem oen brief
    Dat de ruiter moest overkomen
    Dat de ruiter moest overkomen
    Toen de ruiter al over de gevallen brugge ging
    Toen de ruiter al over de gevallen brugge ging
    En dat maantje scheen er zo helden
    Hij sloeg er daar zijn ogen door one vensterglazen heen
    Hij sloeg er daar zijn ogen door one vensterglazen heen
    En daar stond een kist op stellten
    En daar stond een kist op stellten
    En daar achter die kist, daar stond er ja een stoel
    En daar achter die kist, daar stond er ja een stoel
    En daar ging de ruiter op zitten
    Hij plukte er zijn geie krulharrn uit zijn hoofd
    Hij plukte er zijn geie krulharrn uit zijn hoofd
    En wrong er zijn handen in stukken
    En wrong er zijn handen in stukken
    En torn ging hij ja al in een duister, duister gat
    En torn ging hij ja al in een duister, duister gat
    En daar heeft hij sich selve opgehangen
    En daar heeft hij sich selve opgehangen
  • En waar leidde, zeide zij
    Een schoon dochterje van mij?
    En waar leidde, zeide zij
    Een schoon dochterje van mij?
    En waar zal jij zu haastiglijk henen?
    Waar ik er ja zo haastiglijk henen, henen zal?
    Waar ik er ja zo haastiglijk henen, henen zal?
    En dat zal ik mijn moeder wel gaan zeggen
    Ik draag er van de ruiter een klein kindje zwaar
    Ik draag er van de ruiter een klein kindje zwaar
    Nu hebben zij gezeid, dat ik moet sterven
    Nu hebben zij gezeid, dat ik moet sterven
    Een klein kindje dragen, dat doen der ja wel meer
    Een klein kindje dragen, dat doen der ja wel meer
    En dar hoet jij niet langer om de zuchten
    En dar hoet jij niet langer om de zuchten
    Ik wachte ja niet lang meer, of ik schreef er hem oen brief
    Ik wachte ja niet lang meer, of ik schreef er hem oen brief
    Dat de ruiter moest overkomen
    Dat de ruiter moest overkomen
    Toen de ruiter al over de gevallen brugge ging
    Toen de ruiter al over de gevallen brugge ging
    En dat maantje scheen er zo helden
    Hij sloeg er daar zijn ogen door one vensterglazen heen
    Hij sloeg er daar zijn ogen door one vensterglazen heen
    En daar stond een kist op stellten
    En daar stond een kist op stellten
    En daar achter die kist, daar stond er ja een stoel
    En daar achter die kist, daar stond er ja een stoel
    En daar ging de ruiter op zitten
    Hij plukte er zijn geie krulharrn uit zijn hoofd
    Hij plukte er zijn geie krulharrn uit zijn hoofd
    En wrong er zijn handen in stukken
    En wrong er zijn handen in stukken
    En torn ging hij ja al in een duister, duister gat
    En torn ging hij ja al in een duister, duister gat
    En daar heeft hij sich selve opgehangen
    En daar heeft hij sich selve opgehangen